‘Sneeuwwitje gaat niet gered worden door de prins. Ze gaat niet dromen over ware liefde’, had actrice Rachel Zegler gezegd in een interviewtje met Variety. In de nieuwe Disney-film, waarin zij de hoofdrol speelt, wil Sneeuwwitje de leider worden die haar overleden vader in haar zag. ‘Onbevreesd, dapper en trouw’, aldus Zegler.
Het kan mijn feministische inborst wezen, maar dat lijken mij drie uitstekende eigenschappen voor een jonge vrouw, prinses of anderszins. Toch raakten de afgelopen weken links en vooral rechts mensen hevig van hun theewater. Disney ‘is op de woke weg naar de ondergang’, kopte Fox News. De uitermate rechtse blog Wynia’s Week verzuchtte: ‘Moet alles door de censuurcommissie van het wokisme, net zo lang tot het laatste restje magie uit het verhaal is geperst?’ (Er stond verder niet bij waarom dappere vrouwen niet magisch kunnen zijn.) Collega Elma Drayer sprak over ‘dat volstrekt overbodige en doodvermoeiende gemoraliseer’. Ze snapt niet waarom mensen teruggrijpen op klassieke sprookjes en er tegelijkertijd kritiek op hebben. Liever heeft ze dat mensen oude verhalen en films met rust laten.
Dit is een merkwaardige wens, want sprookjes veranderen altijd. Om iets te noemen: de beroemde Sneeuwwitje-tekenfilm uit 1937 verschilt flink van het sprookje van de gebroeders Grimm. Zo krijgt de boze stiefmoeder in het oorspronkelijke sprookje longen en een lever van de jager, naar zij denkt van Sneeuwwitje, en die eet ze op. Sneeuwwitje wordt in de Grimm-versie ook niet wakker gekust door de prins. Wel vindt hij haar lijk zo mooi dat hij – met instemming van de dwergen, die dit blijkbaar noch morbide, noch creepy vinden – zijn dienaren de glazen kist laat vervoeren naar het paleis. Die struikelen onderweg over een stronk, waardoor het stukje vergiftige appel uit Sneeuwwitjes keel schiet en ze weer tot leven komt. Daarna vieren ze hun bruiloft door de boze stiefmoeder zich te laten dooddansen op roodgloeiende ijzeren schoenen; nog een detail dat Walt Disney in het kader van ‘gezellig met het hele gezin’ achterwege heeft gelaten.
Een sprookje bestaat nooit in een vaste vorm, schreef ook cultuurhistorica Marina Warner. Dat komt doordat sprookjes draaien om twee dingen: strijd tegen onderdrukking en transformatie – in eerste plaats van de onderdrukte, maar niet zelden van de hele sprookjeswereld. Het is niet meer dan logisch dat wanneer de tijdsgeest wijzigt, en het inzicht in vormen van onderdrukking en bevrijding verandert, we ook onze sprookjes herscheppen. Of, concreet: na een feministische golf of vier is de transformatie van dwergenhuishoudster naar prinses gewoon niet meer de climax die het ooit was. Meisjes en vrouwen hebben geleerd om meer voor zichzelf te willen dan een opgeruimd huis en een voordelig huwelijk.
Dat is geen gemoraliseer of censuur, en ook de ondergang van de beschaving lijkt me niet nakende. Het is pure winst. En rijkdom, want het levert heerlijke hervertellingen op, met boeken als Circe, The witch’s heart, Gilded, de Winternight-trilogie. Of, om nog even bij Sneeuwwitje te blijven: de film Mirror, mirror, waarin Sneeuwwitje (Lily Collins) ontsnapt aan haar boze stiefmoeder (Julia Roberts), leert vechten van de zeven dwergen, twee keer de prins redt, strijdt tegen armoede en validisme in haar koninkrijk en haar vader van een vloek bevrijdt, waarna ze haar stiefmoeder diens eigen vergiftigde appel voert.
Deze zomer las ik Cinderella is dead van Kalynn Bayron, die het sprookje van Assepoester een spannend en gay vervolg geeft, en tussen de bedrijven door volledig herschrijft. Ik zal niet teveel verklappen, maar Prince Charming ontpopt zich tot boosaardige dictator en de gemene stiefzusters zaten in het verzet. In het dankwoord schrijft Bayron dat ze, voor ze aan het boek begon, een paar vragen had. ‘Wat voor effect hebben de sprookjes die ons als kind worden verteld op ons? Wat gebeurt er met onze kijk op de wereld wanneer de personages in deze verhalen niet op ons lijken of niet liefhebben zoals wij?’ En: ‘Wanneer mogen we de helden van ons eigen verhaal worden?’
Ik zou zeggen: liever vandaag dan morgen.
© Asha ten Broeke. Alle rechten voorbehouden.